Topdocent Levi Noë: “Als je iets elke dag doet, ben je op een bepaald moment expert.”
“Heel slecht” is hij in spelling, zegt Levi Noë (32), een van de topdocenten van Kleinkunstig die Rap en Spoken Word workshops geeft. “Maar ik geef er helemaal niks om. Dit is de manier waarop ik Nederlands leuk gemaakt heb. Taal is veel meer dan spelling: het gaat erom wat je ermee bedoelt en kan zeggen.” Omdat Spoken Word docent Levi op school niet goed was in Nederlands, zat hij altijd achterin de klas. “Maar nu doe ik iets met taal wat andere mensen niet kunnen, want ik ontwikkelde mezelf”, zegt de 32-jarige stadsdichter van Hoorn.

Rapper en artiest
Als je iets elke dag doet, ben je op een bepaald moment een expert, denkt Levi. Natuurlijk helpt het wel als je er affiniteit mee hebt, zegt hij. Zelf begon hij op z’n vijftiende met het schrijven van rapteksten en dat ging hem na een tijdje zo goed af, dat hij hij jarenlang optrad als rapper naast zijn studie Interactief Vormgeven. Daarna besloot hij een opleiding voor rap-artiest te doen aan de Herman Brood Academie. Nadat hij daar zijn diploma haalde, was hij ‘even helemaal klaar met de rap’ en ging hij aan de slag in de zorg als begeleider.
Spoken Word artiest
Om zijn salaris wat aan te vullen, ging Levi workshops op scholen in de regio geven. Tegelijkertijd ontdekte hij Spoken Word: “Hee”, dacht ik, “ik heb niet per se rap nodig om op te kunnen treden – iets wat ik nog steeds wilde blijven doen. Ik vond mezelf op dat moment helemaal opnieuw uit. In de zorg maakte ik situaties mee, die ik van me af wilde schrijven. Later, toen de coronapandemie begon, schreef ik gedichten over het effect daarvan op de bewoners van de instelling waar ik werkte. Dat werd door heel veel zorgorganisaties opgepakt en gepubliceerd. Sindsdien krijg ik veel opdrachten van maatschappelijke aard, waarmee ik ook optreed.”
Stadsdichter en Spoken Word docent
Eigenlijk is hij alles waarmee hij ooit bezig is geweest, gaan combineren: “Grafisch vormgeven, zorgverlenen, artiest zijn, lesgeven: de combinatie, dat werd mijn ding. Ondertussen werd ik benoemd tot stadsdichter van Hoorn en benaderd door Kleinkunstig om te komen werken als Spoken Word docent en docent Rap. Door alle drukte heb ik mijn werk in de zorg nu afgebouwd, al houd ik een invalcontract om affiniteit te houden. Als ik er iets over moet schrijven, ben ik dicht bij de bron. Al maak ik nu teksten over veel meer onderwerpen dan de zorg, ik vind het belangrijk om de feeling ermee te houden.” Met een lach in zijn stem, zoals hij eigenlijk de hele tijd al praat: “Ja, al met al heb ik een buitengewoon leuk leven.”

Meer dan Spoken Word docent
Het lesgeven is ook breder geworden dan het geven van Spoken Word en Rap workshops: Zo maakt Levi wekelijks theater met jongeren en heeft hij een eigen inloopatelier in combinatie met de GGZ. Daarbuiten geeft hij veel losse workshops, zo ook voor Kleinkunstig. Hoe hij daarbij kwam? “Ik heb geen idee! Zij benaderden mij. Ook voor het geven van workshop geldt: hoe vaker je het doet, hoe beter je er in wordt. Workshops geven is soms ook een soort optreden. En het fijne van Kleinkunstig is dat ze me bijna alles uit handen nemen. Ik doe waar ik goed in ben en zij regelen de rest.“ Leuke bijkomstigheid voor Spoken Word docent Levi is dat hij zo toch nog met rap bezig kan blijven. “Als ik een opdracht met muziek aan het doen ben, verval ik toch weer in rap. Ik denk omdat mijn schrijfstijl inmiddels vanzelf zo is gaan klinken.”
Getalenteerde jongeren
Wanneer hij met een workshop voor Kleinkunstig een topdag gehad heeft? “Als de betreffende school of opleiding al iets met cultuur doet en ik de leerlingen of studenten gemakkelijk kan motiveren om iets moois te maken. Getalenteerde jongeren die ik nét dat extra zetje kan geven.” Maar ook het omgekeerde maakt Spoken Word docent Levi blij: “Als een groep het in het begin juist heel spannend vindt, maar aan het einde van de workshop helemaal om is. Dat je de juiste energie in een klas gevonden hebt. Dat iedereen uit z’n gedachten gekomen is, en door heeft hoe ontzettend leuk het is om te schrijven.”
